Op deze website worden advertenties getoond. Van de advertenties wordt de redactie betaald. De redactie verzorgt het nieuws op deze website. Zonder advertenties geen nieuws. Zou je je adblocker daarom willen uitschakelen
Het netwerk van regionale hubs van het Europees Comité van de Regio’s, ook wel bekend als RegHub, evalueert de Aanbestedingsrichtlijn en specifieke aspecten van Richtlijn 2014/2024. Daarvoor staat tot 5 mei een vragenlijst online die toegespitst is op verantwoord aanbesteden.
De rol van decentrale overheden bij het behalen van maatschappelijke, groene en duurzaamheidsdoelen is groot. Zij kunnen veel invloed uitoefenen op bijvoorbeeld het doel een circulaire economie te realiseren door relevante aspecten hiervoor in aanbestedingen op te nemen.
De vragenlijst die nu online staat, focust op specifieke onderdelen van Richtlijn 2014/24. Denk bijvoorbeeld aan de uitvoering van en ervaring met strategische overheidsopdrachten en de toegang van kleinere bedrijven tot openbare aanbestedingen. Bovendien komt het onderwerp ‘overheidsopdrachten in tijden van crisis’ aan bod, waarmee de coronapandemie en de oorlog in Oekraïne meegenomen worden in de resultaten van het onderzoek.
Alle ‘eindgebruikers’ van Richtlijn 2014/24 kunnen de vragenlijst invullen, waarbij nadrukkelijk wordt genoemd dat ook Nederlandse decentrale overheden in hun rol als overheidsinkoper hieronder vallen.
Bron: https://europadecentraal.nl/nieuws/vragenlijst-over-de-richtlijnen-inzake-overheidsopdrachten/
Voor mijn tweede baan in de inkoopconsultancy kwam ik bij een bureau dat (ook) actief was in de private sector. Leuke enthousiaste club met veel jonge mensen. Omdat ik ‘ervaren ‘ was na 2 jaar aanbestedingen draaien, heette ik ‘medior’ en mocht ik zelfstandig werken. Dat zelfstandig werken hield niet meer in dan dat ik het adres kreeg van een bedrijf waar de partner een gesprek had gehad en een offerte voor had geschreven.
Ik bleek de vervanger te zijn van een collega met zwangerschapsverlof. Ik draaide 3 maanden gewoon mee in de inkoopafdeling van dat bedrijf: offertes aanvragen, orders uitschrijven en problemen met de levering oplossen. Best leuk om bij zo’n bedrijf binnen te kijken. Maar met consultancy had het weinig te maken: het was pure detachering. Achteraf bleek dat ik nog geluk had gehad dat het maar 3 maanden duurde. Collega’s zaten soms wel een jaar ergens gedetacheerd.
Toen ik eens om me heen keek en op een NEVI Young bijeenkomst ook anderen daarnaar vroeg, bleken eigenlijk alle inkoopadviesbureaus weinig aan advies of consultancy te doen, maar eigenlijk pure detacheringsbureaus te zijn. Of ze nu aanbestedingen draaien of gaten in de bezetting vullen: ze voeren alleen maar uit wat de inlenende organisatie wil. Geen echte advisering of consultancy.
Terugkijkend is het niet zo gek dat inkoopadviesbureaus op de detacheringstour zijn gegaan: 80% productiviteit van de medewerkers tegen een tarief van € 800 per dag, levert per medewerker al gauw € 10-12.000 per maand op. Ik en mijn leaseauto kostten het bureau ca. de helft daarvan. En als je 10 medewerkers zo aan het werk kunt houden, kun je als eigenaar, met een ton per maand na aftrek van de kosten van kantoor en secretaresse, een riant inkomen overhouden. En daarvoor hoef je geen uur zelf productief te zijn.
Toen ik later bij een breed consultancybedrijf terechtkwam, was daar een productiviteit van ca 60% heel gewoon. Dan zijn de verdiensten voor eigenaars/partners heel anders. Die moeten dan ook zelf uren gaan maken.
De rekensom van detachering maakte zeker bij de betere consultants wat los. Voor hen geen € 800 per dag, maar € 1000 of € 1200. En ondanks een hoger inkomen (en grotere auto) is dan de marge voor de eigenaren nog veel groter. Die consultants werden ook eerder op naam gevraagd voor een volgende klus en zodra ze dat door hadden, vertrokken ze bij het bureau en begonnen voor zichzelf of begonnen een eigen bureau. Wel in de detachering overigens, want dat levert gewoon het meeste op!
Lees ook de vorige column van Tenderman!
Vanaf 15 juni 2022 kunnen organisaties subsidie aanvragen om de aanbestedingspraktijk in hun branche of regio te verbeteren. Aanvragers kunnen gemeenten, MKB-ondernemers, brancheorganisaties en ondernemersverenigingen zijn. De regeling is onderdeel van het programma Beter Aanbesteden. Per aanvrager wordt minimaal € 10.000 en maximaal € 25.000 uitgekeerd. Aanvragen worden op volgorde van binnenkomst behandeld. In totaal is er € 400.000 beschikbaar.
Professioneel aanbestedingsproces
Een professioneel aanbestedingsproces helpt zowel overheden als ondernemers. Het zorgt voor een gestroomlijnd proces waarbij aanbestedende diensten en ondernemers goed samenwerken. Door dialoog en samenwerking tussen beide partijen te bevorderen en het kennisniveau te vergroten worden problemen in aanbestedingen voorkomen.
Informatiebijeenkomst
Aanvragen van de subsidie kan van 15 juni 2022 tot en met 26 september 2022. Op woensdagochtend 8 juni houdt kenniscentrum PIANOo een online informatiebijeenkomst over doel en werkwijze van de regeling en hoe een aanvraag in zijn werk gaat. Bron: https://www.pianoo.nl/nl/actueel/nieuws/subsidie-voor-professionalisering-aanbestedingspraktijk
Ben jij benieuwd naar het vak van adviseur of onderzoeker? Geïnteresseerd in zaken als beleid, organisatieontwikkeling en -verandering of inkoop? En op zoek naar een (eerste) baan? Kom dan naar onze inhousedag! Ook als je al enkele jaren werkervaring hebt!
Kom naar onze inhousedag! Lees hier meer info en meld je aan!
‘Tender Hacks’ als titel van een boek klinkt best wel spannend. Zeker als je weet dat hacks tegenwoordig redelijk vaak in het nieuws komen en dat de gevolgen van (computer)hacks ingrijpend kunnen zijn. De combinatie met het woord ‘tender’ is dan in eerste instantie misschien wat vergezocht, maar uitnodigend klinkt die titel zeker. Net als de opmaak van de titel overigens. Helemaal als je niets of niet zoveel weet van het inschrijven op aanbestedingen. Nieuwsgierig geworden naar dit boek van auteur Karel Koppens? Lees dan deze recensie en/of schaf het boek aan.
Nu zijn er al meer boeken geschreven over het inschrijven op aanbestedingen (zie ook de lijst onder deze recensie). Boeken die allemaal hun specifieke kwaliteiten hebben en het waard zijn om gelezen te worden. ‘Waarom zou je dit boek dan moeten aanschaffen?’, hoor ik je denken. In ieder geval zou dit boek verplichte kost moeten zijn voor mensen die niets of weinig weten van het inschrijven op aanbestedingen, maar daar als mogelijke inschrijver wel wat meer over te weten zouden willen komen. Daarnaast is het boek interessant voor beginnende tendermanagers of mensen die voor de keuze staan om in dit vak aan de slag te gaan.
Betekent dit tegelijkertijd dat het boek alleen maar geschikt is voor mensen aan de inschrijvende kant en daar werkzaam zijn als tendermanager? Nee, niet direct, want als je bij een aanbestedende dienst werkt als inkoper of betrokken bent als projectlid bij een aanbesteding en ook nog eens beschikt over voldoende inlevingsvermogen in de andere kant van de tafel, vind je in dit boek voldoende interessant materiaal. In ieder geval om jezelf een beeld te vormen van hoe een inschrijving of offerte tot stand komt. Wat daar allemaal bij komt kijken en deels van invloed is op het beeld dat er van de inschrijver en zijn dienstverlening bij de beoordelaars overkomt.
Wat vanaf de inleiding opvalt aan dit boek is het aanstekelijke enthousiasme van auteur Karel Koppens over het inschrijven op aanbesteden. De ondertitel van die inleiding geeft daarbij al een indicatie: welkom in de wondere wereld van aanbestedingen. Want dat het aanbesteden naast de noodzakelijke en saaie regelgeving ook leuke en hilarische momenten oplevert is minder bekend. Hoewel, dat geldt niet voor mensen zoals Theo van der Linden, Suzanne Brackmann en Octavia Siertsema, die dat tijdens hun trainingen geregeld vermelden. Ook Karel Koppens weet met zijn relativerende schrijfstijl geregeld een glimlach op je gezicht te toveren. Bijvoorbeeld door het gebruik van onverwachte metaforen als die van een Formule 1 race en Doutzen Kroes, waar zelfs een heel hoofdstuk aan gewijd is.
Verwacht als lezer echter geen boek met een uitgebreide literatuurlijst of hoofdstukken vol met theoretische onderbouwingen. Het boek is super praktisch en goed leesbaar. De checklists zijn overzichtelijk, handig in gebruik en goed toepasbaar. Daardoor lees je het boek waarschijnlijk in het minder dan drie à 4 uur uit. Als je dan denkt dat je er bent, kom je bedrogen uit. Het echte werk moet dan nog beginnen, met het nadenken over wat Karel Koppens je heeft aangereikt. En vooral alles organiseren binnen je eigen organisatie. Daar zal absoluut veel meer tijd in gaan zitten dan je denkt. Dat zal ook gedurende langere tijd nodig zijn om een goed draaiend tendermanagementproces binnen je bedrijf te realiseren.
Wat in ieder geval blijft hangen zijn de onderdelen die zijn afgeleid van de projectmanagementtheorie, zoals een goede voorbereiding en uitgebreide kick-off met je projectteam. Een projectteam dat je zorgvuldig samenstelt en waarvoor je ook een goede rolverdeling afspreekt op basis van het RASCI-model. Iets waar in geen enkel boek over inschrijven op aanbestedingen tot nog toe aandacht aan was besteed. Net zo min als het woord stakeholderanalyse daarin terug te vinden was, maar uiteindelijk wel een belangrijk element vormt voor het al dan niet succesvol inschrijven op aanbestedingen. Iets wat als tendermanger toch je uiteindelijke doel zal en moet zijn, namelijk die offerteprocedure winnen.
Het enthousiasme en de liefde voor het vak van tendermanagement (ook vaak bidmanagement genoemd) spatten ervan af in dit boek. Je zou ‘Tender Hacks’ met wat fantasie één grote salespitch voor het beroep van tender- of bidmanager kunnen noemen. Uiteraard naast de kennis die Karel Koppens deelt in dit 100 pagina’s tellende boek. Maar zoals gezegd kunnen inkopers en projectleden ook voldoende ‘lesmateriaal’ uit dit boek halen. Met het spiegelen van de delen over projectmanagement bijvoorbeeld. Of de specifieke hoofdstukken 15 (over het schrijfproces) en 16 (over de tekstscan) en ook daar het spiegelen toepassen. Met name de ondertitel van dat hoofdstuk 15, ‘Eerst denken en dan pas doen’, zou menig inkoper tot zelfreflectie moeten aanzetten.
Auteur Karel Koppens is aanbestedingsspecialist en ervaren senior commercieel manager. Verder is hij ook coach, trainer, interim professional en inspirator als het gaat om inschrijven op aanbestedingen en sales management. Karel haalt zijn energie uit het leiden, coachen en verbeteren van mensen, het optimaliseren van processen en het behalen van doelstellingen. Hij is ervaren in het managen van de volgende omgevingen: productie, administratie, marketing en sales. Karel heeft gewerkt in Nederland, Duitsland, Zwitserland en België.
Nederlandstalig | Paperback, 100 blz.
Tender Valley | 1e druk, 2022
EAN: 978-94-6437349-3
Het boek ‘Tender Hacks’ is verkrijgbaar via Bol.com en direct uit voorraad leverbaar. Klik hier om het boek te bestellen.
Dankzij een akkoord van de Europese Commissie, het Europees Parlement en de raad krijgt de EU meer invloed om betere toegang te krijgen tot markten voor overheidsopdrachten buiten de Europese Unie. Concreet betekent dit meer kansen op toegang tot markten in derde landen voor EU-bedrijven. Het akkoord gaat over het Internationaal Aanbestedingsinstrument (IPI). Het Europees Parlement en de Raad moeten de gewijzigde verordening over het IPI nog formeel vaststellen. Daarna kan het snel in werking treden.
Veel handelspartners van de EU blijken restricties te hebben op hun markten die EU-ondernemingen buiten kunnen sluiten. Deze beperkingen treffen concurrerende EU-sectoren zoals de bouw, het openbaar vervoer, medische apparatuur, elektriciteitsopwekking en farmaceutische producten. Overheidsopdrachten maken een belangrijk deel uit van de nationale economieën.
Door het Internationaal Aanbestedingsinstrument (IPI) in te zetten hoopt de EU op meer openheid op internationale markten voor overheidsopdrachten. Gesloten markten voor overheidsopdrachten werken concurrentie en transparantie tegen terwijl ze de kosten van overheidsproducten en -diensten verhogen. Bovendien is het risico op corruptie groter.
Het IPI geeft de EU bevoegdheid onderzoek naar vermeende beperkingen in te stellen. Uiteindelijk kan de toegang tot de EU-aanbestedingsmarkt worden beperkt voor buitenlandse ondernemingen als hun moederland beperkingen blijft opleggen aan EU-ondernemingen. Bestaande EU-verbintenissen blijven onaangetast door het IPI-instrument in te zetten.
In een ideale wereld sluiten de behoeften van markt en inkoper perfect op elkaar aan en weet een inkoper zijn of haar uitvraag feilloos te formuleren. De marktpartij schrijft zich in op een aanbesteding, en weet hopelijk te winnen met een mooi aanbod. In de praktijk gaat het helaas lang niet altijd zo soepel. Het programma Beter Aanbesteden moet daar verandering in brengen.
Aanbestedingscafe.nl sprak met Niels van Ommen, programmamanager van het programma Beter Aanbesteden.
Om obstakels rondom het aanbesteden weg te nemen, startte het ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) in 2018 met de Actieagenda Beter Aanbesteden. Nu is het vervolg daar: het programma Beter Aanbesteden 2021-2024. “De deelnemende partijen waren nog niet klaar na het afronden van de Actieagenda Beter Aanbesteden”, vertelt van Ommen. “Er bestaan nog steeds knelpunten. VNG en VNO-NCW/MKB-Nederland gaven aan dat ze graag een vervolg wilden. Daarom is dit vierjarige vervolgprogramma opgezet samen met het ministerie en PIANOo, het Expertisecentrum Aanbesteden.” Eén van de belangrijkste zaken die voortkwam uit de Actieagenda was het gebrek aan vertrouwen tussen aanbestedende dienst en ondernemer. “Je merkt dat ze vaak óver elkaar praten, maar niet met elkaar. Daar moeten we nog aan werken.” Van Ommen zou graag zien dat beide partijen afstappen van wij-zij-denken. “Ieder heeft zijn eigen belang, maar er is ook een gemeenschappelijk belang. Partijen zouden vanuit dat vertrekpunt moeten beginnen aan een aanbesteding.”
Het programma Beter Aanbesteden zet expliciet in op ‘toepassingsbevordering’. Het is niet de bedoeling om nieuwe regels of juridische instrumenten te bedenken. “We hebben de Aanbestedingswet en die kaders zijn duidelijk. Maar het gebruikmaken van de Aanbestedingswet om die dialoog met elkaar aan te gaan, dat kan beter”, legt Van Ommen uit. “Wij zeggen: ken de kaders zodat je binnen die kaders het gesprek kunt opzoeken. Dat is de kern van Beter Aanbesteden.” Daarnaast blijft Beter Aanbesteden ook werken aan bewustzijn en kennis over de aanbestedingspraktijk bij aanbestedende diensten en de markt.
Gedurende de tijd dat Van Ommen actief is in de aanbestedingswereld, ziet hij wel vooruitgang. “Ik begon toen de bouwfraude een actueel onderwerp was. Daardoor werd het vertrouwen in ondernemers met betrekking tot aanbestedingen flink geschaad.” Volgens Van Ommen werken partijen aan beide kanten de afgelopen jaren hard om dat vertrouwen te herstellen. Hij weet uit eigen ervaring dat samenwerken vanuit vertrouwen, waar het programma naar streeft, niet eenvoudig is. “Het begint met praten. Leer elkaar eens kennen. Wat zijn de wederzijdse belangen? Van daaruit ontstaat begrip, respect en vertrouwen. Ik snap dat jij een goede boterham wilt verdienen en jij snapt dat ik een maatschappelijke opgave te realiseren heb.”
Volgens Van Ommen snappen aanbestedende diensten tegenwoordig beter dat ze de markt sneller moeten betrekken, vooral als ze een innovatieve oplossing willen. Als aanbestedende diensten weten wat er kan en mag op dat gebied, zijn er veel mogelijkheden om partijen vroegtijdig te betrekken. “Vroeger schoten aanbestedende diensten echt in een kramp. Ze dachten: we mogen niet met ondernemers praten, want wie weet wat er dan gebeurt. Nu zie je dat die sfeer veel meer ontspannen is.”
De afgelopen maanden organiseerde het programma Beter Aanbesteden al diverse meet-ups onder de noemer ‘Beter Aanbesteden met ambitie’. De komende jaren rolt het programma vier actielijnen uit: regiomanagers leggen contact met het bedrijfsleven en publieke opdrachtgevers in de regio. Om met ze te sparren of om de dialoog tussen beide partijen te stimuleren. Daarnaast organiseert Beter Aanbesteden bijeenkomsten om met elkaar in gesprek te gaan en om kennis over aanbesteden te verspreiden. Dan is er een aantal nationale projecten die het programma aanstuurt, zoals het onder de aandacht brengen en bevorderen van aanbesteden op 3A4. “Dat is door een aantal partijen in het land al uitgeprobeerd en het blijkt ook echt te werken. Zo kunnen we Europese aanbestedingen toegankelijker maken voor kleinere partijen die zich niet dagelijks inschrijven op grote aanbestedingen”, zegt Van Ommen.
“Ieder heeft zijn eigen belang, maar er is ook een gemeenschappelijk belang. Partijen zouden vanuit dat vertrekpunt moeten beginnen aan een aanbesteding.”
Niels van Ommen, programmamanager van het programma Beter Aanbesteden
Gemeentes en mkb-bedrijven die zelf een initiatief willen starten, kunnen vanaf dit voorjaar een beroep doen op subsidie die het programma Beter Aanbesteden beschikbaar stelt. Zo kunnen zij hun eigen verbeterproject voor het professionaliseren van de aanbestedingspraktijk opstarten en dat zelf financieren en aansturen. Is het met die focus op de regio niet lastig om de aanbestedingspraktijk op dezelfde manier te verbeteren, uniform in heel Nederland? “Nee”, zegt Van Ommen. “Soms zijn de accenten of behoeftes in de regio anders dan in een andere regio, maar aanbesteden is overal fundamenteel hetzelfde”, zegt Van Ommen. Als bepaalde behoeften in meerdere regio’s naar boven komen, zorgt het programma ervoor dat dit ook op nationaal niveau aandacht krijgt.
Bereikt het programma ook de inkoper in een kleine gemeente, die zijn organisatie moet zien te overtuigen van een nieuwe aanpak? “Met het programma helpen we partijen waar nodig op weg, maar uiteindelijk moeten de partijen het zelf doen”, zegt Van Ommen. “Het is niet zo dat wij het stokje van ze overnemen en een aanbestedingsleidraad voor hen gaan schrijven. Wij spelen de rol van rijinstructeur of voorlichter, die probeert de partij zelf in staat te stellen om op die bestemming te komen.”
Pilots en proeftuinen kunnen inkopers en ondernemers bijvoorbeeld helpen de ruimte binnen de aanbestedingsregels te vinden en optimaal toe te passen. “Zo kun je heel dicht op de praktijk gaan zitten zonder dat je het overneemt, want dat is niet onze rol”, zegt Van Ommen. Daarnaast betrekt het programma ook adviesbureaus, die zowel aanbestedende diensten als ondernemers ondersteunen bij aanbestedingen. “Zij kennen beide kanten van het spel. Daarom willen we hen ook vragen wat zij kunnen betekenen voor het programma.”
“Vroeger schoten aanbestedende diensten echt in een kramp. Nu zie je dat die sfeer veel meer ontspannen is, ook al zijn we er nog niet.”
Niels van Ommen, programmamanager van het programma Beter Aanbesteden
De focus van het programma ligt voornamelijk op gemeenten en het mkb. Volgens de deelnemende partijen zit daar de grootste winst, omdat gemeenten verantwoordelijk zijn voor een derde van de publieke inkoop. Toch gaat er op nationaal niveau ook regelmatig wat mis. Moet het programma zijn pijlen dan niet ook daarop richten? Daarover zegt Van Ommen: “Aan de kant van de Rijksoverheid vallen wel stappen te maken. Ook daar wil men samenwerken met ondernemers maar bestaat er nog steeds wij-zij-denken.”
De afgelopen twee jaar werd de miljoenenopdracht voor het inrichten van een testsamenleving en de inkoop van mondkapjes tijdens de coronacrisis niet aanbesteed. Typisch een geval van een toepassingsfout, of niet? Van Ommen: “Het moet allemaal snel in een crisis. Als het dan niet snel genoeg gaat, zegt men: daar heb je de trage overheid. En als het dan te snel gaat, zegt men: is het wel eerlijk gebeurd? Het is een balans tussen tempo en zorgvuldigheid. Maar voorop staat dat het wel rechtmatig moet zijn. Daar moet elke aanbestedende dienst zich aan houden.”
Meer informatie over de Week van Beter Aanbesteden vind je hier. Meedoen? Geef je dan bijvoorbeeld op voor de online kick-off op 28 maart.
Normaal gesproken zou je hier vandaag de nieuwste aflevering van podcast De Gunningsfactor verschijnen. Helaas kon de opname van deze week niet doorgaan.
Zat je met smart te wachten op een nieuwe aflevering van podcast De Gunningsfactor? Dan zul je nog heel even moeten wachten, want de volgende aflevering verschijnt over twee weken.
In de tussentijd kun je natuurlijk wel alle voorgaande afleveringen beluisteren. Dat doe je hier.
Stay tuned!
Sinds de Russische invasie in Oekraïne is discussie ontstaan over de contracten tussen gemeenten en Russische gasleverancier Gazprom. Burgers en gemeenteraadsleden willen dat gemeenten hun contracten opzeggen. Het ontbinden van de energiecontracten is echter lastig en duur.
Gazprom mag gas leveren aan Nederlandse gemeenten omdat het bedrijf daarvoor een Europese aanbesteding won. Gemeenten kunnen daardoor niet zomaar onder de contracten uit, tenzij ze het contract afkopen. 120 Nederlandse gemeenten hebben een contract met Gazprom. Volgens de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) zijn gemeenten ‘met handen en voeten gebonden’ aan de aanbestedingsregels. Als gemeenten dat doen krijgen ze geen gas meer, maar moeten zij Gazprom wel een hoge boete betalen.
Dat geldt onder andere voor de Coöperatie Openbare Verlichting & Energie Fryslân (Ovef). Die coöperatie is verantwoordelijk voor de inkoop van energie voor zeventien Friese gemeenten en de provincie Friesland. De coöperatie heeft geen ontbindingsclausule opgenomen in het contract met Gazprom. De kans is groot dat de gemeenten en provincie het contract laten doorlopen, zegt Isolde den Haring, directeur van de coöperatie.
Afgelopen week startten diverse organisaties een petitie die overheden oproept de contracten te ontbinden. Die is inmiddels 70.000 keer ondertekend.
Bron: FD.nl
Bouwbedrijven worden steeds terughoudender bij het inschrijven op grote infraprojecten van het Rijk. Zij willen de risico’s die bij dit soort projecten komen kijken, niet langer dragen. Het Rijk wil de komende jaren voor miljarden investeren in infrastructuur, maar het is de vraag of dat lukt.
Bouwers vinden dat zij te weinig winstmarge pakken voor de risico’s die zij bij grote projecten nemen. Dat geldt bijvoorbeeld voor BAM, bij het project Zeesluis IJmuiden. BAM besloot vorig jaar niet langer in te schrijven op tenders van meer dan 150.000 miljoen euro, als de risico’s bij de bouwer zouden komen te liggen. Ook bouwbedrijf Heijmans waagt zich niet langer aan miljardentenders. “Bij ons als marktpartijen worden risico’s neergelegd die wij niet kunnen controleren. Dat materialen duurder worden is ondernemersrisico, maar vertraging doordat de overheid geen vergunningen afgeeft – daar kunnen wij niets tegen beginnen”, zegt Heijmans-CEO Ton Hillen.
Friso de Zeeuw, emeritus hoogleraar gebiedsontwikkeling aan de TU Delft, geeft de bouwers gelijk. Volgens hem heeft het Rijk de risico’s te veel op het bordje van de bouwbedrijven gelegd. “Bouwers kunnen het risico bij dit soort megaprojecten, die soms tot een miljard of meer gaan, gewoon niet dragen.” Rijkswaterstaat is daarentegen niet enthousiast over bouwers die bij elke vertraging meerkosten willen rekenen. Het Rijk is al enige in gesprek met bouwbedrijven over oplossingen, zoals het tweefasencontract. Volgens De Zeeuw moet het Rijk afstappen van grote contracten waarbij de bouwer alle verantwoordelijkheid heeft. Ook moet Rijkswaterstaat zich actiever bemoeien met de uitvoering en meer operationele kennis in huis halen.
Heijmans-CEO Hillen ziet dat Rijkswaterstaat wel degelijk wil meedenken met bouwers, maar noemt de materie ook ingewikkeld. De CEO van BAM, Ruud Joosten, ziet het minder rooskleurig in. “De discussie gaat tussen een nogal conservatieve industrietak en een overheid die ook niet graag toegeeft.” Afzien van het inschrijven op grote infraprojecten is volgens hem voorlopig de enige oplossing.
Bron: NRC
De Noordelijke Rekenkamer gaat onderzoeken of de huidige minister van Landbouw, Henk Staghouwer (CU), in 2017 te veel geld heeft betaald voor landbouwgrond. Hij sloot de betreffende deal in zijn rol als Gedeputeerde van de provincie Groningen
In 2017 sloot Staghouwer een overeenkomst waarbij hij landbouwgrond pachtte voor de provincie Groningen. Die grond was bedoeld voor een dijkversterkings- en landbouwproject. Vorig jaar ontdekte Nieuwsuur dat Staghouwer de benodigde landbouwgrond niet kocht, maar voor 26 jaar pachtte. De grond zou een aankoopwaarde van 3,5 miljoen euro hebben. De provincie sprak bovendien af dat de familie die de grond verpachtte, een miljoen euro zou ontvangen als de grond niet in oorspronkelijke werd teruggegeven. De provincie liet de grond nooit taxeren en onderzocht ook de mogelijkheden van onteigening niet. Daardoor betaalde de provincie circa 5 miljoen euro te veel voor de landbouwgrond.
De Noordelijke Rekenkamer wil nu weten waarom de provincie 8 miljoen euro aan erfpacht betaalde. Ook rijst de vraag waarom de provincie niet heeft gekeken naar onteigening van de grond. Staghouwer zegt het onderzoek in vertrouwen tegemoet te zien. Hij handelde naar eigen zeggen in het belang van de provincie.
In een eerder debat over grondaankoop – voor de bouw van een Google-datacenter in de Eemshaven – kwam het project ook al aan bod. Staghouwer verklaarde toen dat de uitgave van 8 miljoen euro te rechtvaardigen was omdat de landbouwgrond voor hoge bedragen doorverpacht kon worden. Dat is tot op heden niet gebeurd.
Bron: NOS.nl
De gemeente Den Haag wil dat zorgverzekeraars voortaan contracten afsluiten met regionale ziekenhuizen. Dat wil de gemeente afdwingen in aanbestedingen. Zo wil de gemeente voorkomen dat verzekerden met een laag inkomen de dupe worden van conflicten tussen verzekeraars en ziekenhuizen.
De nieuwe aanpak is ingegeven door een conflict dat momenteel speelt tussen zorgverzekeraar VGZ, Menzis en het Haaglanden Medisch Centrum (HMC). Hierdoor moeten 50.000 mensen met een laag inkomen mogelijk meer zorgkosten maken. Zij krijgen hun zorg mogelijk niet of slechts deels vergoed, omdat het HMC en de verzekeraars het niet eens kunnen worden over zorgcontracten voor 2022. Volgens het ziekenhuis willen de verzekeraars ‘draconische bezuinigingen’ doorvoeren. Het HMC riep patiënten op over te stappen naar een andere zorgverzekeraar dan VGZ of Menzis.
Om dat in de toekomst te voorkomen wil de gemeente Den Haag in aanbestedingen eisen dat verzekeraars contracten sluiten met lokale ziekenhuizen. PvdA-raadslid Janneke Holman wil dat de verantwoordelijke wethouder onderzoekt of het mogelijk is regionale contracten als eis te stellen bij aanbestedingen. Die motie is afgelopen week aangenomen door de gemeenteraad.
Bron: Omroep West
Het Waterschapsbedrijf Limburg (WBL) heeft afgelopen week de eerste European Innovation Procurement Award gewonnen voor het aanbesteden met behulp van PCP & PPI. Deze manier van aanbesteden moet leiden tot een innovatieve oplossing of product.
PCP & PPI, voluit Pre-Commercial Procurement & Public Procurement of Innovation, helpt (nieuwe) bedrijven en leveranciers tot een nieuwe, innovatieve oplossing te komen. WBL paste de PCP & PPI-methode toe bij de aanbesteding van een big-data platform dat de werking van het transportsysteem van het waterschapsbedrijf beter in kaart brengt. Daarmee kan het systeem de concentraties van coronavirusdeeltjes, PFAS en pesticiden beter detecteren in rioolwater, maar ook leidingbreuken ontdekken.
Maatschappelijke uitdagingen
WBL won de prijs in de categorie ‘Facing societal challenges’ en versloeg daarmee het bedrijf International Horizon Scanning Initiative (IHSI) uit België. Dat verstrekt gegevens die politieke besluitvormers en onderhandelaars in staat stellen een betere prijsstelling voor geneesmiddelen te bereiken.
De European Innovation Procurement Awards worden uitgereikt aan de hoogst gewaardeerde publieke en private inkopers die gebruikmaken van innovatieve inkooppraktijken in heel Europa. Naast de award wint WBL ook een geldprijs van €75.000.
Bron: wbl.nl
Significant Synergy deelt regelmatig interessante jurisprudentie op het gebied van aanbesteden. Deze keer een casus over het intrekken van een aanbestedingsprocedure bij het overblijven van één (geldige) inschrijving.
Een aanbestedende dienst heeft een aanbesteding gepubliceerd voor de levering van tandheelkundige verbruiksartikelen. Na herbeoordeling van de inschrijvingen heeft de aanbestedende dienst geconcludeerd dat twee van de drie inschrijvingen alsnog terzijde gelegd zouden moeten worden. Hierdoor blijft maar één (geldige) inschrijving over. Vervolgens is besloten de aanbestedingsprocedure in te trekken, omdat voldoende concurrentie en mededinging ontbreken. De inschrijver die als enige is overgebleven, is het hier niet mee eens. Deze inschrijver vordert dat het besluit tot intrekking wordt ingetrokken en dat aanbestedingsprocedure wordt hervat.
• De voorzieningenrechter stelt voorop dat bij elke aanbestedingsprocedure als uitgangspunt geldt dat ondernemers met gelijke kansen kunnen inschrijven op overheidsopdrachten en dat sprake moet zijn van vrije concurrentie. Het feit dat nu nog maar één geldige inschrijver voor gunning in aanmerking blijkt te komen, ongeacht waardoor dat wordt veroorzaakt, schuurt met dit principe.
• Naar het oordeel van de voorzieningenrechter is het niet onbegrijpelijk dat de aanbesteding is ingetrokken nadat de aanbestedende dienst tot het inzicht is gekomen dat een te laag concurrentieniveau aan de orde was. Bovendien heeft de aanbestedende dienst de redenen voor de intrekkingsbeslissing voldoende gemotiveerd.
Maak in het geval dat er maar één inschrijver overblijft een goede afweging of voldoende concurrentie en mededinging aanwezig is en neem op basis daarvan een gemotiveerd besluit tot intrekking of voortzetting van de procedure.
Bekijk de hele uitspraak hier.
Significant Synergy is Premium Partner van Aanbestedingscafe.nl.
De gemeente Den Haag keurt waterstoftaxi’s niet langer goed in een nieuwe aanbesteding voor doelgroepenvervoer. In de vorige aanbesteding dongen bedrijven die waterstoftaxi’s inzetten nog wel mee. Nu wil de gemeente alleen nog taxibedrijven goedkeuren die gebruik maken van elektrische voertuigen.
De gemeente stelt dat er onvoldoende groene waterstof beschikbaar is en wil daarom overstappen op zero-emissie, elektrische taxi’s. Er rijden nu circa zestig waterstoftaxi’s rond in Den Haag. Om die te voorzien van brandstof is er geïnvesteerd in een waterstoftankstation, met een waarde van 1,8 miljoen euro.
OrangeGas, een van de exploitanten van het waterstoftankstation, is niet blij met de zet van de gemeente. Directeur Joyce van Os de Man: “We moeten er naar mijns inziens voor waken dat we geen stekker-elektrisch oogkleppenbeleid krijgen door een hele sterke lobby. We hebben alle schone brandstoffen keihard nodig om onze duurzaamheidsdoelstellingen zo snel mogelijk te halen.” Volgens Van Os de Man worden biobrandstoffen steeds vaker geweerd uit aanbestedingen omdat er in Nederland ‘tank-to-wheel’ gemeten wordt (wat komt er uit je uitlaat) in plaats van ‘well-to-wheel’ (de hele keten).
De winnaar van de nieuwe aanbesteding van de gemeente Den Haag mag het contractvervoer voor zes tot acht jaar verzorgen, vanaf 1 augustus 2022.
Bron: Taxipro.nl
Door grote politieke druk was het ministerie van Volksgezondheid vatbaar voor de kritische tweets die Sywert van Lienden dit voorjaar verstuurde. Hij wist het ministerie over te halen tot het sluiten van een omstreden mondkapjesdeal, ter waarde van 100 miljoen euro. Dat concludeert onderzoeksplatform Follow the Money (FTM).
Ambtenaren van VWS bevestigen de theorie van FTM. Van Lienden verstuurde de tweets op 10 april 2020. Op 12 april had hij contact met het ministerie, een dag later was de commerciële bv opgericht van waaruit de mondkapjes verkocht zouden worden. Volgens juridische experts die FTM raadpleegde, is dat bijzonder snel. FTM stelt dan ook dat Van Lienden de tweets met voorbedachten rade heeft verstuurd, om het ministerie tot een overeenkomst te bewegen.
Een whatsapp-bericht van Van Lienden zou dat onderschrijven. Volgens FTM appte hij op de dag dat hij de tweets verstuurde: “Ik heb even een noodkreet op twitter geslingerd om politiek deurtje te openen.” Het is niet duidelijk naar wie hij het bericht stuurde. Ook registreerde een zakenpartner van Van Lienden een dag voor hij de tweets verstuurde, domeinnamen van de stichting Hulptroepen Alliantie en de commerciële bv.
“Hij was zeer aanwezig in het publieke debat hierover, zowel online als op tv.’ VWS was in deze fase van de coronacrisis zeer beducht voor verwijten over tekortschietende inkoop van persoonlijke beschermingsmiddelen, waaronder mondkapjes. ‘Aanbiedingen die niet opgepakt werden, zouden potentieel terug kunnen komen in debatten, zegt een bron tegen FTM over Van Lienden. Van Lienden wil niet reageren op de conclusies van FTM. Hij zegt onderzoek van het ministerie van VWS af te wachten.
Vorige week liet advocaat Peter Plasman weten dat hij aangifte gaat doen tegen Van Lienden en zijn zakenpartners omdat zij zich volgens hem schuldig hebben gemaakt aan oplichting. Dat doet hij vermoedelijk in naam van vrijwilligers die zich in hebben gezet voor stichting Hulptroepen Alliantie. Van Lienden deed voorkomen alsof hij niets verdiende aan de mondkapjesdeal met VWS, maar streek zelf 9 miljoen euro op. Nadat FTM dit onthulde zei hij dat hij dat bedrag aan goede doelen zal doneren.
Bron: FTM.nl
Sociaal Domein Fryslân (SDF), een regionaal samenwerkingsverband dat zorginkoop in Friesland verzorgt, moet specialistische jeugdzorg voor achttien Friese gemeenten opnieuw aanbesteden. De rechter oordeelde dat kleine zorgaanbieders zijn benadeeld nadat deze een kort geding aanspanden.
Om in aanmerking te komen voor gunning dienden zorgaanbieders de afgelopen drie jaar ten minste vijftien jongeren hulp geboden te hebben. De kleine zorgaanbieders vonden dat zij hierdoor benadeeld werden, en de rechter ging daarin mee. Deze noemt het gunningscriterium ‘discriminatoir’. “Dat brengt grote aanbieders in het voordeel, zonder dat hiervoor een redelijke rechtvaardiging bestaat”, aldus de rechter.
SDF maakt zich zorgen over de kwaliteit van de zorg bij kleine zorgaanbieders. Bovendien wil het inkoopcollectief het aantal zorgaanbieders, nu nog 300, in 2022 terugbrengen naar honderd.
Bron: Omrop Fryslân, Friesch Dagblad
Van de negentig miljoen euro die scholen krijgen om door de coronacrisis veroorzaakte leerachterstanden weg te werken, gaat gemiddeld de helft naar commerciële partijen. Dat blijkt uit onderzoek van Investico.
Investico vroeg middelbare scholen waar scholen de subsidie aan uitgeven. De meeste schoolleiders geven aan gemiddeld de helft van het bedrag uit te geven aan de inzet van private partijen. Die verzorgen bijles, huiswerkbegeleiding en examentrainingen. Scholen willen de werkzaamheden liever niet uitbesteden, maar docenten kunnen het wegwerken van de leerachterstanden niet zelf opvangen. Slechts een derde van de respondenten gaf geen geld uit aan externe partijen. Scholen zijn vrij het bedrag naar eigen inzicht te besteden aan extra ondersteuning voor leerlingen, maar dat moet wel binnen 2,5 jaar gebeuren.
Volgens schoolleider Merijn Sprenger biedt de subsidie scholen de kans ook kinderen uit arme gezinnen extra ondersteuning te bieden. “Zonder dit geld zouden de verschillen alleen maar groter worden.” Hij zegt dat commerciële partijen steeds vaker proberen binnen te komen bij scholen. Voor de aankomende subsidie wil hij een aanbesteding opzetten. “Je moet wel zorgen dat er een programma is dat aansluit bij wat je denkt dat belangrijk is.”
Bron: Eenvandaag.nl
Vroeger had je als betrouwbare dienstverlener genoeg aan een goede inschrijving om een opdracht binnen te halen. Daarna kwam een tijd waarin je vooral zo concreet en realistisch mogelijk moest zijn voor een onweerstaanbare inschrijving. Maar wie vandaag de dag nog steeds gelooft dat SMART de manier is om aanbestedingen te winnen heeft te weinig beoordelingen gelezen. We leven in het post-truth tijdperk, en ook Aanbestedende Diensten zitten er tot hun ellebogen in. Niet de feiten, maar de framing doet ertoe.
Steeds vaker zien we grote partijen aanbestedingen winnen van de ervaren dienstverleners. Wat die grote partijen missen in praktijkervaring en lokale kennis, verhullen ze met veranderprocessen, efficiëntiemaatregelen en vernieuwingsslagen. En die managementbeloftes, daar zijn gemeenten gevoelig voor.
Een gebied waar dit heel sterk speelt is het sociaal domein. In een artikel van Follow the Money is te lezen hoe nieuwkomer Incluzio als enige hoofdaannemer verantwoordelijk werd voor alle zorg in de gemeente Hollands Kroon. Datzelfde Incluzio won het zonder enige expertise ook in Utrecht van de veertig jaar straathoekwerk van de zittende partij. De blufpokercharme van een nieuwkomer, noemde De Groene Amsterdammer dit eerder al.
Blufpoker. Mooie beeldspraak. Want de gemiddelde pokeraar kent het gevaar van nieuwkomers aan tafel. Ze onderschatten de tegenstander, overschatten hun eigen hand en gaan in iedere ronde mee. Bovendien gooien ze het spel nog eens extra in de war door eens in de zoveel tijd all-in te gaan. Beginnersgeluk is dan ook een bekende term in het poker: de strategische systemen van ervaren spelers zijn niet opgewassen tegen de willekeurige overmoed van een rookie.
En dat is wat je ziet gebeuren in aanbestedingen: overmoedige nieuwkomers onderschatten het werk en overschatten hun eigen capaciteiten. Het artikel van Follow the Money is onderdeel van hun groeiende dossier over de ontwrichtende werking van aanbestedingen op de jeugdzorg. De aanpak van de grote partijen pakt in de praktijk desastreus uit: lokale kennis verdwijnt, bewoners blijven langer zorgcliënt en de dienstverlening scoort slechter op kwaliteit. En de efficiëntie? Ieder jaar moet er bij Incluzio weer geld bij vanuit de overheid.
Ook bij andere aanbestedingen zien we steeds vaker dat er een potje blufpoker nodig is om opdrachten te winnen. Van toiletbrilleveranciers tot onderhoudsschilders: het feit dat je jarenlang trouw binnen een uur op de stoep staat zodra de gemeente belt doet er niet meer toe. Het gaat er nu om dat je na kunt denken over processen, en vertelt hoe je een ‘partner’ wordt die op een ‘basis van vertrouwen en gelijkwaardigheid’ zorgt dat je gemeentes ‘ontzorgt’ in hun dienstverlening.
Ergens is die voorliefde voor managersjargon te verklaren. Overheden moeten steeds meer uitbesteden, en processen lijken dan de enige manier waarop ze nog enige grip kunnen houden over de dienstverlening. Maar als de ontwikkelingen in de jeugdzorg iets laten zien is het wel dat die processen alleen maar de schijn van controle geven. De resultaten uit de praktijk laten zien dat mensen, telefoonnummers en jarenlang vakwerk veel meer garantie bieden dan welk proces dan ook. Helaas blijven gemeentes toch altijd weer gevoelig voor de grote nieuwkomer, die landelijk daarmee veel aanbestedingen binnenhaalt. Vertrouwd is verdacht, de buitenstaander een belofte.
Is er nog een weg terug? Gaan we ooit weer naar de tijd waarin resultaten, expertise en lokale kennis ertoe doen? De ervaren speler weet: poker is een spel van de lange adem. Wie vertrouwt op z’n eigen hand en niet meegaat in het roekeloze blufgedrag ziet vanzelf hoe de nieuweling zichzelf uiteindelijk kapot speelt. Maar met de huidige kaarten kan dat nog eens een lang potje gaan worden.
De Europese Commissie (EC) wil dat Nederland de spoormarkt voor binnenlands passagiersvervoer en onderhoud opent voor aanbieders uit andere lidstaten. Volgens de EC voeren Nederland en Denemarken de richtlijn voor markttoegang en spoorbeheer onjuist uit.
Nick Brooks, secretaris-generaal van AllRail, vindt dat er een groot verschil bestaat tussen de opening van de Nederlandse spoormarkt en de rol van de NS in andere lidstaten. AllRail vertegenwoordigt toetredende ov-bedrijven op de spoormarkt. Het is volgens hem geen verrassing dat de commissie Nederland officieel berispt. De Nederlandse staat subsidieert de nachttrein tussen Amsterdam en Wenen en gunde het hoofdrailnet onderhands aan de NS, tot 2035. Het hoofdrailnet blijft daarmee gesloten voor buitenlandse aanbieders. Tegelijkertijd konden de NS wel meedingen naar contracten in Duitsland toen de NS het Duitse Albellio in 2008 overnamen. Ook Denemarken krijgt een waarschuwing van de EC, vanwege een vergelijkbare situatie.
Hof van Justitie
Nederland heeft twee maanden de tijd om te reageren op de ingebrekestelling. Als Nederland niet voldoet kan de EC overgaan tot een formeel verzoek, en daarna tot een gang naar het Hof van Justitie. Deze maand berispte de EC Nederland ook al omdat woningcorporaties volgens de EC niet voldoen aan de aanbestedingsplicht.
Bron: OVpro.nl
De aanbesteding voor Wmo-hulp voor inwoners van de gemeente Eindhoven wordt uitgesteld. De Eindhovende GGZ-instelling GGZe vindt de door de gemeente gehanteerde tarieven veel te laag. De tarieven van de aanbesteding liggen volgens GGZe tien tot vijftien procent lager dan de kostprijs.
GGZe noemt de tarieven onverantwoord en wil dat de gemeente ze verhoogt. De gemeente Eindhoven biedt aanbieders een basistarief dat lager is dan voorgaande jaren. Sommige tarieven zijn vijf tot vijftien procent gedaald in vergelijking met de jaren ervoor. Daar zijn tijdens de aanbesteding vragen over gesteld, waaruit bleek dat de gemeente is uitgegaan van de cao voor Verpleeg- en Verzorgingstehuizen in plaats van de cao voor GGZ-medewerkers. Dat levert fors lagere tarieven op. Volgens de gemeente gaan deze lagere prijzen niet ten koste van de zorg en is er geen aanleiding de vergoeding toch te verhogen. Daarop is GGZe een rechtszaak gestart.
Het kort geding dient op 5 augustus. Tot die tijd is het inkoopproces stilgelegd. Eigenlijk was het de bedoeling in september de contracten met aanbieders te tekenen. De gemeente benadrukt dat inwoners geen nadelige gevolgen zullen ondervinden van de gang van zaken.
Bron: Eindhovensdagblad.nl
Op het CTM platform worden regelmatig bijzondere zaken ingekocht. In deze rubriek brengt CTM Solution iedere maand bijzondere aanbestedingen onder de aandacht. Dit keer: social media Werkgeversaanpak.
Social Media Werkgeversaanpak
Provincie Overijssel
Het programma ‘Werkgeversaanpak Veilig, Slim en Duurzaam’ heeft als opdracht werkgevers en werknemers aan te zetten tot duurzaam en veilig mobiliteitsgedrag. Enerzijds wordt dit bewerkstelligd door kennisdeling met werkgevers, anderzijds door werknemersacties. In beide gevallen zet de provincie Overijssel social media in voor de informatieverspreiding. Inmiddels zijn meer dan 250 werkgevers als partner bij de werkgeversaanpak aangesloten. Naast de inzet van drie mobiliteitsmakelaars worden deze partners vooral via social media (LinkedIn, Twitter, mailings en websites) betrokken. En ze worden geïnformeerd over acties die de mogelijkheden voor de transitie naar een duurzamer en veiliger mobiliteitsbeleid ondersteunen.
Werknemers vormen een belangrijk onderdeel in deze transitie. Voor de verspreiding van informatie en promotie van acties onder werknemers, gebruikt de provincie zoveel mogelijk socialmedia-uitingen. Via “Tim” in Twente en “Sofie” in West-Overijssel wordt informatie actief gepost en gedeeld op bijvoorbeeld Facebook en Instagram. De websites Twente Mobiel en regio Zwolle Mobiel zijn belangrijk voor het informeren en delen van kennis rondom de werkgeversaanpak. Omdat social media zeer doeltreffend blijkt voor de verspreiding van informatie, verbindt de provincie deze aanpak steeds meer als campagne aan de werkgeversaanpak. Het vormt de ruggengraat van alle communicatie uitingen en de mobiliteitsacties die de provincie Overijssel jaarlijks richting werkgevers uitzet.
Mark Slagter, communicatieadviseur bij provincie Overijssel;
“De provincie wil met dit programma werkgevers helpen om hun mobiliteit veiliger, slimmer en duurzamer te maken. Communicatie via sociale media is hierbij een belangrijk middel. Bij mobiliteit kun je bijvoorbeeld denken aan het thuiswerken. Dat is nu een hot item. Wij coördineren het programma en voor het beheer van onze socialmediakanalen worden we ondersteund door een extern bureau. De opdracht voor deze ondersteuning moeten wij nu opnieuw aanbesteden. Voor ons zit de uitdaging erin dat bureaus die affiniteit hebben met overheidscommunicatie, en ook met mobiliteit, zich inschrijven op de aanbesteding.”
Meer weten? Klik hier voor de aankondiging
Hoewel de capaciteit van de huidige Testen voor Toegang-teststraten maar voor tien procent wordt benut, trekt het kabinet 249 miljoen euro uit voor het opzetten van extra teststraten voor het testen van vakantiegangers. De opdracht wordt bovendien opnieuw rechtstreeks aan Stichting Open Nederland gegund. De betrokken ministers noemen de gang van zaken nu al ‘mogelijk onrechtmatig’.
De huidige teststraten kunnen niet worden ingezet voor het testen van vakantiegangers omdat die doelstelling niet is opgenomen in de aanbesteding voor de teststraten voor Testen voor Toegang. De overheid vreest dat aanbieders juridische procedures starten als de teststraten alsnog ingezet worden voor het testen van vakantiegangers. Aanbieders konden namelijk niet weten dat de teststraten later voor dit doeleinde zouden worden gebruikt.
Onrechtmatige opdrachtverlening
Het kabinet kiest er bovendien opnieuw voor Stichting Open Nederland (SON) direct opdracht te verlenen voor het opzetten van de extra teststraten. Dat gebeurde eerder ook al bij het verlenen van de opdracht tot het organiseren van de zogeheten testsamenleving, waar Testen voor Toegang uit voortkwam. Daar kwam veel kritiek op. Het direct verlenen van de opdracht aan SON was volgens aanbestedingsexperts onrechtmatig.
De verklaring die demissionair minister Van Nieuwenhuizen van I&W en demissionair minister van VWS, Hugo de Jonge geven over de aanpak is opvallend. “Hierbij is vanwege het zeer korte tijdpad direct een opdracht aan SON verstrekt zonder daarvoor een aanbesteding te doen. Dit deel van de opdrachtverlening is daarmee mogelijk onrechtmatig”, schrijven zij in een kamerbrief aan de Tweede Kamer.
Bron: Het Parool
In reactie op een actie van vakbond FNV laat Schipholtopman Dick Benschop weten dat de luchthaven meer diensten zelf gaat uitvoeren in plaats van deze uit te besteden. Maar al het werk in de terminals en platforms weer zelf uitvoeren, zoals de FNV graag wil, is volgens Benschop geen optie.
Dinsdag voerde de FNV actie en legde een deel van het personeel om twee uur ’s middags tien minuten het werk neer. De vakbond stelt de negatieve gevolgen van het aanbesteden van beveiligings- en schoonmaakdiensten aan de kaak. Schiphol wil het nu uitbestede floormanagement in de toekomst zelf voor zijn rekening nemen. Bij andere diensten, zoals schoonmaak en beveiliging, blijft Schiphol vasthouden aan aanbesteden. “Schoonmaak en beveiliging is een heel andere taak dan wat wij als luchthavenbedrijf doen. We zijn om de zo veel tijd verplicht om werk aan te besteden, maar er moet wel een fatsoenlijke sociale basis onder liggen”, zegt Benschop.
Focus op prijs
In december werd bekend dat nieuwe bedrijven, aangetrokken middels een aanbesteding, geen rekening hielden met reeds gemaakte afspraken met personeel dat moest overstappen naar een nieuwe werkgever. De FNV beticht Schiphol ervan steevast te kiezen voor de laagste prijs, wat ten koste zou gaan van de arbeidsomstandigheden van beveiligingsmedewerkers en ander personeel op de luchthaven. Benschop ontkent dat. “Als wij aanbesteden, dan gaat de aandacht uit naar kwaliteit. Prijs staat niet voorop. En als er bij een overgang van werk naar een ander bedrijf issues zijn, zoals nu in de beveiliging, dan zitten we daar bovenop. Als er een nieuwe grote aanbesteding komt, dan wil ik heel graag met de vakbonden overleggen om te voorkomen dat mensen tussen wal en schip raken.”
FNV dreigt later dit jaar met hardere acties te komen als de luchthaven niet overgaat tot het betalen van een minimumloon van 14 euro per uur. De Amsterdamse gemeenteraad overlegt vandaag met het stadsbestuur over de kwestie.
Bron: Parool.nl
Aanbestedingscafe.nl start met een maandelijkse podcast. In ‘De gunningsfactor’ presenteren Nancy van Bemmel en Sander van den Broek het laatste nieuws over aanbestedingen. Naast nieuws en achtergronden ontvangen ze spraakmakende specialisten uit het vakgebied. Benieuwd? Luister nu alvast de trailer!
De tweede aflevering van Tenderen, de meest verwarrende aanbestedingsshow van Nederland, is nu te zien via Aanbestedingscafe.nl! Speel het spel Raad de Staat en maak kans op het CTM Solution pakket, het alternatief voor TenderNed. Een volledig gratis versie met alles wat u van een aanbestedingsplatform mag verwachten. Aanbesteden zal nooit meer hetzelfde zijn!
Heeft u de eerste aflevering gemist? Speel Wheel of Workflows alsnog via www.tenderengemist.nl.
Jeugdzorgaanbieder Team050 maakt voor de tweede keer op rij een winst meer dan een miljoen euro, maar steekt dit ondanks eerdere beloften in eigen zak. Dat ontdekte Gronings raadslid Jasper Been (GroenLinks) toen hij de jaarrekening van de instantie doorspitte.
Been besloot de jaarrekening te onderzoeken nadat de organisatie vorig jaar beloofde de winst van 1,8 miljoen euro over 2018, terug te laten vloeien naar de sector. Het blijkt dat dit niet gebeurd is. Team050 maakte in 2019 1,1 miljoen euro winst. Het geld is voor een groot deel naar de aandeelhouders gegaan. Been erkent dat dit niet strafbaar is, maar vindt het wel laakbaar dat de organisatie haar beloften niet nakomt.
“Zo vloeit kostbaar publiek geld dus in de zakken van particulieren. Innovatie in de jeugdzorg is hard nodig, maar wat hebben we daaraan als kostenbesparingen niet gemeenten ten goede komen, maar de aandeelhouders van zorgbedrijven?”, stelt Been op Twitter.
Reacties
Team050 laat via de eigen website weten dat gemaakte winsten niet ten koste gaan van personeel of cliënten. GroenLinks wil samen met de SP en de Christenunie weten wat het stadsbestuur gaat doen aan hoge winsten bij zorgaanbieders.
Bron: RTVNoord.nl
“Het speelveld van inkoop is steeds complexer geworden. Inkoop wordt steeds internationaler. Waar je het vroeger met een handdruk kon regelen heb je nu complexe internationale contracten nodig. Daarom is het zoveel belangrijker om je inkoopproces te automatiseren en te digitaliseren”, vertelt Alex Couperus, managing director bij Grippr.
Grippr biedt inkoopsoftware en -advies aan bedrijven die hun inkoopproces willen optimaliseren. Zo hielp Grippr Renault Benelux met contractmanagementtooling. Meer weten? Bekijk deze video, eerder uitgezonden door RTL Z.
Grippr is partner van Inkoperscafe.nl
De vakantie is weer begonnen! Veel inkopers zullen deze zomer genieten van hun welverdiende rust. Natuurlijk is een mooie vakantie niet compleet zonder bijzonder leesvoer. Maar waar moet je beginnen?
Aanbestedingscafe.nl heeft de meest interessante, tijdloze en best gelezen artikelen en columns voor je verzameld. De komende maand bieden we je elke week vijf artikelen aan.
De uitdagingen van circulair aanbesteden
Circulair aanbesteden. Een mooi begrip, maar ook een abstract begrip. Welke uitdagingen zitten er eigenlijk aan circulair aanbesteden? Hoe schrijf je nu een goede circulaire aanbesteding uit? En hoe maak je die concreet genoeg, zodat de inschrijvende partij er mee aan de slag kan en de opdracht tot het gewenste resultaat leidt? Om dat uit te zoeken spraken we met drie ervaringsdeskundigen op het gebied van circulair aanbesteden.
Column: mag opdracht ongewijzigd worden aanbesteed?
Een aanbesteder mag een aanbestedingsprocedure afbreken zonder dat daarvoor bijzondere omstandigheden zijn vereist. De vrijheid van de aanbesteder om een opdracht opnieuw aan te besteden is beperkter. Maar hoe zit het ook alweer met het heraanbesteden van een ongewijzigde opdracht?
Aanbesteden in coronatijd: denk goed na over rechtsbescherming
Toen het coronavirus zijn intrede deed, brak voor aanbestedende diensten en bedrijven een onzekere tijd aan. Waar moet je vanuit juridisch oogpunt dan extra op letten als je aanbesteding in de startblokken staat? Claire Lombert, aanbestedingsadvocate bij Loyens & Loeff, geeft tips en aandachtspunten.
Zo vergroot stakeholdersmanagement je kansen in het Sociaal Domein
Je wilt je inschrijven op een aanbesteding in het sociaal domein. Wat kan je dan voorafgaand aan deze aanbesteding al doen om je kansen te vergroten? “Stakeholdermanagement”, antwoordt Sikko Bakker, aanbestedingsspecialist bij TenderSucces. “Hiermee haal je de juiste informatie op om onderscheidend vermogen te creëren, doordat je precies weet wat er speelt.”
Column: Aanbesteden anno 2020, andere dingen te doen
Columnist Johan Stolk hekelt het uitstellen van klimaatplannen door het kabinet na het uitbreken van de coronacrisis. “Nu deadlines worden opgeschort en aanbestedingen worden uitgesteld, is het aan organisaties en overheden om de impactmogelijkheden binnen aanbestedingen serieus te verkennen. Want veel mensen, ook ministers, hebben nog andere dingen te doen.”
Naar aanleiding van de coronacrisis roept het Rijk Nederlandse gemeenten op financiële ruimte en zekerheid te bieden aan jeugdzorgaanbieders. Zorgaanbieders kunnen zorg nu niet of alleen in aangepaste vorm leveren. Gemeenten moeten waar mogelijk rekeningen door blijven betalen en extra kosten vergoeden.
De oproep komt in samenspraak met de Vereniging voor Nederlandse Gemeenten (VNG). Die riep vorige week al op tot het doorbetalen van rekeningen van (jeugd)zorgaanbieders – ook als zorg niet geleverd wordt – tot 1 juni 2020. Als gemeenten deze kosten doorbetalen kunnen zij liquiditeitsproblemen bij zorgaanbieders voorkomen. Volgens de VNG komt de continuïteit van de jeugdzorg anders in het geding.
Compensatie gemeenten
De extra kosten die bij deze alternatieve zorg komen kijken zullen in eerste
instantie vergoed moeten worden door gemeenten zelf. Gemeenten kunnen op hun
beurt die kosten weer declareren bij het Rijk. Over die compensatie worden tegen
de zomer van 2020 afspraken gemaakt.
Weerstand
De Branches Gespecialiseerde Zorg voor Jeugd (BGZJ) zijn blij met de oproep.
Zij pleiten voor een uniforme aanpak in alle Nederlandse gemeenten om de
administratieve last voor betrokkenen zo laag mogelijk te houden. Sommige
gemeenten weigeren vooralsnog rekeningen door te betalen. Jeugdzorgaanbieders
willen dat er kan worden ingegrepen als die situatie blijft bestaan.
Bron: Binnenlandsbestuur.nl
Afgelopen maand pleitte Hugo de Jonge weer eens tegen aanbestedingen in het sociaal domein. “De zorg is geen markt, laat staan een Europese markt”. Soepeler procedures dus en een afschaffing van de aanbestedingsplicht, als het aan de minister van Volksgezondheid, Zonnebank en Schoenen ligt.
Klinkt mooi natuurlijk. Niemand houdt van plichten en iedereen houdt van vrijheid. Maar wie verder kijkt dan z’n neus lang is, ziet dat de schoen heel ergens anders wringt.
Want de aanbestedingsplicht is lang niet zo strikt als de minister doet voorkomen. Sterker nog, tot €750.000 bestaat er in het sociaal domein überhaupt geen aanbestedingsplicht. Kom je daarboven, dan biedt de zogenaamde SAS-procedure heel veel vrijheid om het proces zelf vorm te geven. Zo hoef je binnen de zorg en welzijn geen geschiktheidseisen, uitsluitingsgronden en selectiecriteria te hanteren, hoef je de regels voor gunningscriteria niet te volgen en kun je zelf een termijn bepalen voor de aanbesteding.
Wat een verademing, zoveel vrijheid in aanbesteden. Totdat je als gemeente een Wmo-aanbesteding in de markt gaat zetten. Op Pianoo.nl, het expertisecentrum voor aanbesteden, is een complete pagina gereserveerd voor aanbestedingen in het sociaal domein. Wie even doorklikt op de pagina, vindt naast tientallen handreikingen en protocollen, rapportages en een 10-staps-wegwijzer zelfs een complete metrokaart met 6 stations, 26 substations en 38 subsubstations. Met zoveel beschrijvingen, routes en afslagen wordt de kans dat je verdwaalt alleen maar groter.
En dat merk je in de praktijk. Waar aanbestedingen in ‘reguliere’ dienstverlening zoals de ICT, detachering of communicatie redelijk overzichtelijk en uniform zijn, is het in het sociaal domein altijd maar afwachten waar de Aanbestedende Dienst mee aankomt. De laatste Wmo-inschrijving waar ik bij ondersteunde, kwam met 30 bijlages maar liefst op 300 pagina’s in totaal. Dat was voor aanbieders zo onduidelijk dat er nog eens 600 vragen (!!!) bovenop kwamen.
Terwijl zorgverleners moeten beknibbelen op elke minuut die ze met hun cliënt hebben, laten overheden hen duimdikke dossiers doorploegen, vragen doorgronden en uitgebreide plannen schrijven.
Het afschaffen van de aanbestedingsplicht en het versoepelen van procedures klinkt misschien aanlokkelijk, maar aanbestedingen werken juist vanwége die strikte procedures. Ze zorgen dat overheden een duidelijke richtlijn hebben, en geven de markt de macht om in te grijpen waar het misgaat. Strikte spelregels houden de procedure voor beide partijen voorspelbaar, overzichtelijk en eerlijk.
De missie van Hugo de Jonge om aanbestedingen in het sociaal domein aan te pakken is absoluut toe te juichen. In de jungle van de aanbestedingen hebben we alleen geen behoefte aan eindeloze mogelijkheden, maar aan gebaande paden en een werkend kompas.
Op 19 december jl. heeft TaxiPro op haar website een artikel gepubliceerd, genaamd ‘Hopelijk is de bodem bereikt met vervoersaanbestedingen’:
“Het gebeurt steeds vaker dat op vervoersaanbestedingen geen geldige inschrijvingen binnenkomen. De reden: vervoerders denken voor de geboden vergoedingen niet rendabel te kunnen werken. (…) Toch worden opdrachten in het doelgroepenvervoer uiteindelijk allemaal gegund. Dat was althans tot voor kort het geval. Dit jaar kwam er een bescheiden kentering op gang, zo stelde TaxiPro onlangs vast. De eerste poging tot aanbesteding van zittend ziekenvervoer door Zilveren Kruis leverde geen geldige inschrijvingen op. Vervoerders konden of wilden simpelweg niet binnen de geboden bandbreedte voor tarieven inschrijven. Gunning vond pas na een nieuwe aanbesteding plaats. In Den Helder zijn zelfs twee pogingen om het Wmo-vervoer te gunnen mislukt. En bij de aanbesteding van werkbedrijf Soweco uit Almelo kwam slechts één geldige inschrijving binnen, wat niet genoeg was om het werk te gunnen.”
AMvB reële prijs Wmo vast te stellen in dialoog met de aanbieders
Het is opvallend dat gemeenten twee jaar na de inwerkingtreding van de AMvB reële prijs Wmo, bandbreedtes voor tarieven hanteren waar de taxibedrijven kennelijk niet mee uit de voeten kunnen. Wmo-vervoer valt immers ook onder deze AMvB. Dit vraagt om een zorgvuldig proces van de zijde van de gemeente en openheid van aanbieders over de kosten die zij maken bij het leveren van een dienst.
Blijkens de Nota van toelichting bij de AMvB is de gemeente verplicht om voorafgaand aan de aanbesteding de tarieven in dialoog met de gegadigde aanbieders vast te stellen; minimumtarieven (men mag hogere tarieven offreren) of vaste tarieven (dan wordt niet op prijs geconcurreerd).
Deze dialoog kan via een – bij voorkeur openbare – marktconsultatie vorm krijgen en waarbij de gemeente gespecificeerde kostprijzen uitvraagt. Let wel: “Volledigheidshalve wordt benadrukt dat het college niet verplicht is aan iedere aanbieder de specifieke kostprijs van die onderneming te betalen. Het college neemt een besluit over een reële prijs aan de hand van de in artikel 5.4 genoemde kostprijselementen en de beschikbare kostprijsinformatie.” (Nota van Toelichting 2.1)
Maar het is zeer de vraag of taxibedrijven in de huidige marktsetting voorafgaand aan een aanbesteding hun kostprijzen en kostenopbouw willen delen met de gemeente. Ook hier biedt de AMvB een escape; een derde optie die indertijd op het nippertje is toegevoegd aan de AMvB, is dat de gemeente wel als vanouds de tarieven in concurrentie uitvraagt zonder minimumtarief, maar dan wel via een specificatiemodel dat ten minste is gebaseerd op de volgende kostprijselementen:
a. de kosten van de beroepskracht;
b. redelijke overheadkosten;
c. kosten voor niet productieve uren van de beroepskrachten als gevolg van verlof, ziekte, scholing, werkoverleg;
d. reis en opleidingskosten;
e. indexatie van de reële prijs voor het leveren van een dienst; en
f. overige kosten als gevolg van door de gemeente gestelde verplichtingen voor aanbieders waaronder rapportageverplichtingen en administratieve verplichtingen.”
Toetsing gemeente of gespecificeerde tarieven reëel zijn
In dit laatste model heeft de gemeente vervolgens de verplichting om te controleren of de ontvangen gespecificeerde tariefonderdelen zich minimaal op kostprijsniveau bevinden. Dit is lastig en hier zal je vaak externe expertise voor nodig hebben. Maar externe expertise is wellicht ook nodig om de uitkomsten van een dialoogsessie goed te kunnen beoordelen.
Voor alle drie tarieven (minimum, vast, concurrentie) heb je dus een kostprijsspecificatiemodel nodig. Wil je goed inzicht krijgen in de kostprijsopbouw, en om dit goed te kunnen duiden, is een nadere uitwerking in subonderdelen nodig. Zeer waarschijnlijk zit dit in de Kostenberekeningstool Doelgroepenvervoer van CROW.
Hoe goed die tool ook is; gemeenten moeten de invulling van alle kostprijsonderdelen wel toetsen met de marktpartijen voorafgaand aan de aanbesteding, en op basis van plausibele argumenten en voortschrijdend inzicht ook zaken bijstellen als dit nodig is voor een reële prijs. De gegadigde taxibedrijven moeten op hun beurt open zijn over hun kostprijzen en onderbouwing daarvan; hetzij in de dialoogsessie, hetzij bij de inschrijving op het onderdeel tarieven. Beide partijen hebben belang bij reële prijzen voor de continuïteit, dan moeten ook beide partijen transparant zijn. De gemeenten over het dialoogproces, bijbehorende uitvraag en de totstandkoming van reële tarieven c.q. de beoordeling van geoffreerde tarieven; de aanbieders over hun kostenspecificatie.
Toepassing AMvB Reële prijs is geen sinecure
Overigens is een goede invulling van de AMvB reële prijs lastige materie. De opdracht met haar scope (wel of geen clustering), geschiktheidseisen en uitvoeringseisen zijn mede bepalend voor de kostprijs van een te leveren dienst; historische kostprijzen alleen voldoen strikt genomen niet. Zeker niet wanneer de aan te besteden opdracht behoorlijk afwijkt van uitgevoerde opdrachten waarop de historische kostprijs is gebaseerd. In de dialoog met aanbieders over reële tarieven zou je idealiter dan ook al de contouren van de opdracht moeten hebben, of je zou voor zaken die afwijken van hetgeen gebruikelijk was, expliciet moeten vragen welke invloed dit naar schatting zal hebben op de kostprijs.
Naast de opdrachtscope is ook de vertaling naar een reële prijs geen appeltje-eitje-proces. Als je in dialoog met de aanbieders, voorafgaand aan de aanbesteding, gespecificeerde prijsinformatie ontvangt, dan doemt de vraag op: hoe bepaal je nu een “reële prijs”? Neem je dan de laagste prijs (mits alle prijsonderdelen door ingeschakelde expertise al reëel zijn bestempeld), of neem je een gemiddelde ergens van? Bij een gemiddelde is dan de vraag: ongewogen of gewogen; grote aanbieders zullen een andere kostprijsopbouw hebben dan kleine. Hoe bepaal je de wegingsfactoren? En hoe onderbouw je de vastgestelde reële prijs, of nog specifieker: hoe verantwoord je de keuze van het bedrag per specificatieregel? Voeg je alle ontvangen tarieven en specificaties geanonimiseerd toe als bijlagen bij het aanbestedingsdocument? Het handelingskader zal ook afhangen van hoe er wordt ingekocht; bij een Open House-toelatingsprocedure voor zorg zal je meer zaken in dialoog plenair kunnen bespreken, dan in een hoog competitieve aanbesteding.
Kortom, veel vragen; een nadere duiding van hoe een en ander in te vullen, lijkt dan ook zeer welkom, al is het maar onder het mantra van ‘Pas toe of leg uit’.
Belang van marktconsultaties
In elk geval is het belang van marktconsultaties nog groter geworden met de komst van de AMvB reële prijs; in veel gevallen zijn er feitelijk twee nodig. Een opdrachtinhoudelijke ter toetsing van bijvoorbeeld de opdrachtscope, geschiktheidseisen, uitvoeringseisen, vergoedingssystematiek e.d., en een voor de vaststelling van de tarieven. In de planning dient hier natuurlijk rekening mee te worden gehouden. Een rekenvoorbeeld, gemakshalve uitgaande van 1 januari als startdatum van de nieuwe overeenkomst: rekening houdend met een minimale implementatietijd van 3 maanden (liever 1 à 2 maanden langer), 1½ maand zomervakantie, ca. 4 maanden aanbestedingsprocedure, dan blijft het eerste kwartaal over voor de consultaties en bestekproductie. Voorafgaand hieraan zullen er ambtelijke evaluaties en besluitvorming moeten zijn.
Voorkom onderschatting van doorlooptijden
Kortom, wil je in alle fases zorgvuldig kunnen handelen, dan zal er vroegtijdig een reële planning op moeten worden gesteld als gemeenschappelijk product van o.a. Beleid en Inkoop. De benodigde tijd voor een zorgvuldig inkoopproces wordt geregeld onderschat; als je een traject zoals hierboven moet doorlopen in bijvoorbeeld 10 maanden tijd vanaf de ambtelijke start, dan is er erg veel tijdsdruk wat de kwaliteit van allerlei belangrijke keuzes niet bepaald positief zal beïnvloeden. Kortom, begin op tijd!
Omdat er haast is geboden bij het versterken van woningen met aardbevingsschade in de provincie Groningen, wil de provincie dit doen zonder gebruik te hoeven maken van een Europese aanbesteding. Dat wil men vastleggen in het nationale bouwakkoord voor Groningen, schrijft het Dagblad van het Noorden.
De provincie wordt inzake deze plannen gesteund door het Rijk. Het Rijk merkt de situatie in de provincie aan als ‘noodsituatie’, waardoor het volgens het Rijk gerechtvaardigd is buiten de Europese aanbesteding om te gaan. Nadat de NAM zich terugtrok uit de kwestie is het Rijk verantwoordelijk voor het afhandelen van aardbevingsschade. Zes bouwbedrijven, die ruime ervaring hebben met dit soort werkzaamheden, zullen aan de slag gaan met het versterken van woningen.
Leendert van der Laan, statenlid voor de Partij van het Noorden, zet vraagtekens bij de plannen. Hij vraagt zich af wat er gebeurt als er andere partijen zijn die interesse hebben in de opdrachten, en deze de regeling aanvechten.
Ondanks pogingen het geschil over het eenzijdig opzeggen van een gesloten contract tussen TenneT en de combinatie Heijmans-Europoles (HEP) met een schikking op te lossen, zal de Raad van Arbitrage zich komende zomer over de zaak buigen. Dat meldt Cobouw.
Bouwcombinatie Heijmans-Europoles won in 2017 de aanbesteding voor het vervangen van 337 hoogspanningsmasten in Zeeland. De opdracht, met een waarde van 250 miljoen euro, was uitgeschreven door TenneT. TenneT zegde in 2018 eenzijdig het contract op omdat het bedrijf niet tevreden was met het ontwerp dat aangeleverd was door HEP. Bovendien zou HEP volgens TenneT de gestelde deadlines niet kunnen halen. HEP houdt vol dat het ontwerp en de planning wel voldoen aan de gestelde eisen.
TenneT bood HEP een regeling aan maar die heeft vooralsnog niet tot een oplossing geleid. Beide partijen hebben al claims ingediend. Heijmans legde vanwege openstaande rekeningen al een claim van 10 miljoen euro neer bij TenneT.
Het komt maar weinig voor dat een partij eenzijdig een contract opzegt zoals TenneT heeft gedaan. In de zomer van 2020 zal de Raad van Arbitrage zich over het geschil buigen.
Beste bezoeker,
Het einde van het jaar nadert. We willen je daarom alvast een smakelijke kerst en een gelukkig nieuwjaar wensen! Wij, en hopelijk jij ook, kunnen terugblikken op een succesvol jaar met voor ons als hoogtepunt: de vernieuwde websites. Proost op nog een jaar met veel nieuws en geweldige carrièrekansen!
We hopen je in het nieuwe decennium weer terug te zien.
Groeten van Aanbestedingscafé, Inkoperscafé en onze partners
Wederom sluiten we een mooi jaar af, bomvol interessante nieuwsmomenten. Van columns die je aan het denken zetten, tot de invloed van scoringsmethodiek bij aanbestedingen en het gebruik van raamovereenkomsten. Wat vond u dit jaar het meest interessant?
Voordat we het nieuwe decennium ingaan, delen wij graag de top 10 artikelen van het jaar dat we gaan afsluiten met u. Deze artikelen zijn het meest gelezen:
1. De uitvinden van het aanbesteden moet achter slot en grendel!
2. Hoe flexibel is de raamovereenkomst?
3. Scoringsmethodiek beïnvloedt kwaliteit aanbesteding
4. Boekrecensie – Aanbestedingsjurisprudentie in de praktijk, editie 2019
5. “Woningcorporaties moeten aanbesteden”
6. Relatief aanbesteden is brevet van onvermogen
7. Eenzijdige communicatie over Open House en aanbesteden
8. Sneller en goedkoper aanbesteden met DAS
De Autoriteit Consument en Markt (ACM) legde de NS een boete van 41 miljoen euro op wegens gerommel bij de aanbesteding van het openbaar vervoer in Limburg. De rechter in Rotterdam heeft nu een streep door die boete gezet. Volgens de rechtbank is het onvoldoende bewezen dat NS bij die aanbesteding haar machtspositie heeft misbruikt, zo meldt Het NRC Handelsblad.
Nee, deze column gaat niet over wat de minister van Volksgezondheid vindt van ‘open house’. Daarover is de laatste tijd even genoeg geschreven en gezegd. Deze column gaat over een andere strijd van Hugo de Jonge. Die tegen de Europese aanbestedingsplicht voor jeugdzorg. Daarover heeft hij regelmatig contact met Brussel. Hugo vindt dat jeugdzorg geen markt is en al helemaal geen Europese. Concurrentie moet plaats maken voor samenwerking. Europese aanbestedingen passen helemaal niet bij wat hij voor ogen heeft.
(meer…)100.000 werkplekken bij de Rijksoverheid circulair maken. Met deze wens ging categoriemanager Sabien van der Leij de kantoorinrichtingsmarkt op. Inmiddels zijn de leveranciers om: circulair wordt steeds meer de norm. En ook al mag de teller van Sabien nog wel wat sneller lopen, de belangstelling groeit zowel binnen als buiten de Rijksoverheid.
(meer…)“(Zorg)professionals haken af wanneer er gepraat wordt over beleid en bureaucratie. Vrolijk worden ze wanneer ze over het vak praten, over wat echt nodig is om de jeugdzorg efficiënt en effectief aan te pakken. Hoe meer je met aanbieders over het vak en de problematiek praat, hoe eerder je hen meekrijgt. Hoe meer je praat over procedures en regels, hoe eerder aanbieders afhaken.” Zo stelt Jaap van Muijen, hoogleraar psychologie aan de Nyenrode Business Universiteit, uit tijdens de Kennis- en praktijkdagen Contracteren in het Sociaal Domein.
Op 19 januari reageerde minister Kamp van Economische Zaken op de vragen en opmerkingen van verschillende fracties over het Wetsvoorstel tot Wijziging van de Aanbestedingswet 2012.
Die vragen en opmerkingen van de fracties staan in het verslag van de vaste Kamercommissie voor Economische Zaken van 7 december 2015. Uit het verslag blijkt dat de fracties de nodige vraagtekens plaatsten bij het nieuwe Wetsvoorstel; de ene met meer verve dan de andere. (meer…)
NS maakte vandaag in een persbericht bekend dat CEO Timo Huges zijn ontslag heeft aangeboden, nadat de Raad van Commissarissen het vertrouwen in hem had opgezegd. Hij krijgt geen vertrekvergoeding. Aanleiding voor het vertrek is de fraude rond het openbaar vervoer in Limburg. Huges zou een aan hem geadresseerde mail, met vragen van vervoersbedrijf Veolia, hebben doorgespeeld aan NS-dochter Qbuzz/Abellio.
De NS geeft aan het te betreuren dat “tijdens het proces van de aanbesteding in Limburg ongelukkige emails zijn verstuurd, waar dat niet had gemoeten.” Huges is door zijn vertrek de tweede topman in twee jaar tijd die het veld ruimt bij de NS. Voorganger Bert Meerstadt vertrok in 2013, nadat hij in het nauw gedreven was door de problemen met de Fyra.
Schijnconstructie
Eerder bleek dat er bij Qbuzz/Abellio tijdens de bieding voor de OV-concessie in Limburg een oud-medewerker van Veolia via een schijnconstructie in dienst was genomen. Deze heeft bedrijfsvertrouwelijke informatie van Veolia gedeeld. Tegen de betrokken bestuurders van Qbuzz zijn volgens de NS direct maatregelen getroffen.
Huges op de hoogte
Enkele op non-actief gestelde bestuurders beweerden echter dat de Huges op de hoogte was van de onregelmatigheden. Ook verklaarden zij instructies gekregen te hebben om niet volledig mee te werken aan het onderzoek. Op basis van deze verklaringen en naderhand verkregen informatie, is de twijfel ontstaan of de verklaringen van Huges juist zijn. Hierop heeft de Raad van Commissarissen het vertrouwen in Huges opgezegd.Tevens is op vergelijkbare gronden de CEO van Abellio, Jeff Hoogesteger, op non-actief gesteld en uit zijn functie ontheven.